Van nederzetting naar stad
Stadsrechten Breda 1252
Uit een akte uit 1252 blijkt dat burgers van Breda voorrechten kregen rondom belasting, rechtspraak en militaire verdediging. Maar de stad kon daarvoor al belangrijke juridische beslissingen nemen. Het had al een bestuur en eigenlijk ook al stadsrechten. Deze zijn ergens tussen 1198 en 1212 verkregen.
Het waren de heren van Breda die verantwoordelijk waren voor de grote ontwikkelingen in de stad. Zij waren van Vlaams-Brabantse adel. Er werd een Begijnhof en een Gasthuis gesticht. De stad kreeg omgrachting en aarden wallen met 3 stadspoorten. Midden 14e eeuw was de stad omringd door een stenen muur. De kerk die in de 13e eeuw gebouwd werd was niet veel kleiner dan de huidige kerk. Archeologen hebben veel resten van deze middeleeuwse gebouwen en verdedigingswerken teruggevonden.
Breda lag gunstig langs de rivier de Mark. En was in de 14e eeuw al een kleine handelsstad met ongeveer 2700 inwoners. Het werd een belangrijke marktplaats en had een doorvoerfunctie voor de hele omgeving.
Archeologen documenteren 13e eeuwse funderingen in de Grote Kerk (foto Erfgoedweg Breda).
De dorpen rond Breda
Teteringen, Prinsenbeek, Ulvenhout en Bavel hebben een geschiedenis die teruggaat tot in de 13e en 14e eeuw. Het waren zeer grote landelijke gemeenten met een kleine dorpskern. Ze hadden al vroeg een eigen kerk of kapel. In het begin waren het niet meer dan één of meer buurtschapjes in de buurt van de kerk.
De dorpskernen lagen nog best ver van de stad Breda vandaan. Dit blijft zo tot laat in de 19e eeuw. Dan worden de dorpen ontdekt door de welvarende