Stevig Lokaal Team

Algemeen

Subsidie voor het faciliteren van een 'proof of concept' met het oog op het innoveren en transformeren van de jeugdhulp in de gemeente Breda, in de lijn met de beleidskaders die hiervoor door de gemeenten in de regio WBO zijn vastgesteld. De subsidie is voor de ontwikkeling van een Stevig Lokaal Team (SLT). Het SLT bestaat uit een formeel netwerk van een of meer professionele partijen uit de Sociale basis, de gespecialiseerde jeugdhulp en de gemeentelijke afdeling Sociaal Domein. Het SLT zet zich als integraal samenwerkingsverband in voor een preventieve, effectieve en efficiënte uitvoering en coördinatie van jeugdhulp, met een focus op signalering, preventie en een laagdrempelig hulpaanbod. Het SLT wordt ontwikkeld op basis van 9 bouwstenen.

Subsidie aanvraag: hoe werkt het

Voordat de aanvraag wordt ingediend, moet de penvoerder bij burgemeester en wethouders een concept indienen van het activiteitenplan. Het concept activiteitenplan bevat de beschrijving van hoe de bouwstenen tot uitvoer worden gebracht binnen het samenwerkingsverband.

Indienen kan tot uiterlijk 31 augustus 2024. 

Concept activiteitenplan indienen

Vragen en antwoorden subsidieregeling

Belangrijke woorden uitgelegd

Belangrijke woorden uitgelegd

collegehet college van burgemeester en wethouders van de gemeente Breda
gespecialiseerde jeugdhulpspecialistische jeugdhulp is hulp die veelal niet vrij toegankelijk is en waarvoor specifieke deskundigheid vereist is die de generalistische zorg in de eerste lijn, zoals huisartsen, wijkteams en Centra voor Jeugd en Gezin, niet kan bieden
jeugdhulpaanbiedereen jeugdhulpaanbieder met rechtspersoonlijkheid, als bedoeld in artikel 1.1 van de Jeugdwet, die op grond van een overeenkomst met de gemeente Breda gespecialiseerde jeugdhulp aanbiedt
penvoerderde door het samenwerkingsverband aangewezen penvoerende rechtspersoon zonder winstoogmerk die deelneemt aan het samenwerkingsverband
raadde raad van de gemeente Breda
regio WBOhet samenwerkingsverband tussen de gemeenten Altena, Breda, Drimmelen, Geertruidenberg en Oosterhout waarbinnen gezamenlijk taken worden uitgevoerd rondom jeugdhulp
samenwerkingsverband een verband zonder rechtspersoonlijkheid, bestaande uit ten minste twee niet in een groep verbonden deelnemers, dat is opgericht voor van de uitvoering van activiteiten
sociale basisDe sociale basis omvat verschillende overlappende sociale omgevingsdomeinen waarin inwoners aan deel nemen, in de context van dit stuk wordt de institutionele sociale basis bedoeld. Dit omvat de voorzieningen en diensten die worden geboden door instellingen en professionals, zoals buurthuizen, bibliotheken, vrijwilligerssteunpunten en sociaal werkers. De overheid heeft variabele invloed op deze voorzieningen en professionals. 
SLT Stevig Lokaal Team, het team van professionals vanuit het gemeentelijk sociaal domein, de sociale basis en de gespecialiseerde jeugdhulp. Vanuit hun eigen expertise en verantwoordelijkheid zorgen zij samen voor een preventieve, effectieve en efficiënte uitvoering en coördinatie van de jeugdhulp.
subsidieverordeningAlgemene subsidieverordening van Breda 2025

Als in deze subsidieregeling begrippen worden gebruikt die niet nader worden omschreven, hebben deze begrippen dezelfde betekenis als in de Algemene wet bestuursrecht (Awb), de Jeugdwet en de Algemene subsidieverordening

Wie kan subsidie aanvragen?

  • De penvoerder van een samenwerkingsverband, dat naast de penvoerder uit minstens 1 partner uit de sociale basis en 1 aanbieder van gespecialiseerde jeugdhulp bestaat, kan subsidie aanvragen.
  • De subsidie wordt verstrekt aan de penvoerder van het samenwerkingsverband voor het (doen) uitvoeren van de activiteiten binnen het samenwerkingsverband.
  • Alle deelnemers aan het samenwerkingsverband bezitten rechtspersoonlijkheid.
  • De penvoerder is een rechtspersoon zonder winstoogmerk.
  • Van de aan het samenwerkingsverband deelnemende partners uit de sociale basis dient minimaal één daarvan als zodanig gedurende minimaal 3 jaar vóór publicatiedatum van deze Subsidieregeling te zijn ingeschreven in het handelsregister van de Kamer van Koophandel.
  • Van de aan het samenwerkingsverband deelnemende gespecialiseerde jeugdhulpaanbieders dient minimaal één daarvan als zodanig gedurende minimaal 3 jaar vóór publicatiedatum van deze Subsidieregeling te zijn ingeschreven in het handelsregister van de Kamer van Koophandel.

Waarvoor kunt u subsidie aanvragen

De subsidie is voor het vormen van een SLT en als zodanig in samenwerkingsverband (doen) uitvoeren van geïntegreerde inzet van preventie, toeleiding naar, advisering over, bepaling van en het inzetten van een voorziening op het gebied van jeugdhulp in de gemeente Breda. De activiteiten worden uitgevoerd in 2025 en 2026.

Het SLT wordt ontwikkeld op basis van 9 bouwstenen:

  • veelvoorkomende vormen van jeugdhulp
  • gemeentelijk sociaal domein
  • samenwerkingsverband
  • taakgerichte bekostiging
  • deel sociale basis
  • expertise naar voren
  • monitoring en sturing
  • leren
  • ontwikkeling en innovatie

Lees de toelichting op de bouwstenen.

Burgemeester en wethouders kunnen de activiteiten waarvoor subsidie aangevraagd wordt nader concretiseren in het besluit tot subsidieverlening.

Voorwaarden bij de subsidie

De voorwaarden zijn:

  • Gelet op de aard van de activiteiten en het doel van de subsidieregeling kunnen burgemeester en wethouders slechts aan de penvoerder van 1 samenwerkingsverband in Breda Noord-West subsidie verstrekken voor de uitvoering van de subsidiabele activiteiten. 
  • De activiteiten zijn voor jeugdigen in Kesteren, Muizenberg, Heksenwiel, Hagebeemd, Overkroeten, Kroeten, Gageldonk en Kievitsloop, en het dorp Prinsenbeek (met postcodes 4822, 4823, 4824, 4841). Dit heet Breda Noord-West.
  • De subsidie wordt verleend voor 2025 en 2026.
  • De subsidie wordt verleend onder de ontbindende voorwaarde dat er tussen (de gemeenten binnen) Regio WBO en de gespecialiseerde jeugdhulpaanbieder(s) die deelneemt (deelnemen) aan het samenwerkingsverband, geen overeenkomst tot stand komt op grond van de procedure Jeugdhulp Regio WBO 2025, dan wel dat een tot stand gekomen overeenkomst om welke reden dan ook eindigt gedurende het tijdvak waarvoor de subsidie is verleend.

Hoeveel subsidie is er

Het subsidiebedrag (subsidieplafond) voor 2025 is maximaal € 5.000.000 en voor 2026 maximaal € 5.000.000. 

Burgemeester en wethouders zijn bevoegd om de subsidieplafonds te verhogen in verband met onvoorziene omstandigheden (bijvoorbeeld wijzigingen van (lokale) wet- en regelgeving of beleidswijzigingen aan de zijde van de gemeente). De verhoging bedraagt maximaal 10% van het subsidieplafond.

Burgemeester en wethouders zijn bevoegd om het plafond voor het tijdvak 2026 te verlagen indien de Raad in de begroting de daarvoor benodigde middelen niet (volledig) ter beschikking stelt. 

Hoogte van de subsidie

  • Subsidie kan uitsluitend worden verstrekt voor kosten die de penvoerder en de overige deelnemers aan het samenwerkingsverband maken voor de activiteiten waarvoor subsidie aangevraagd kan worden (zie Waarvoor kunt u subsidie aanvragen).
  •  De subsidie wordt verleend als vast bedrag (lump sum). De subsidie wordt verleend voor de daadwerkelijk gemaakte en in de begroting opgenomen kosten van de penvoerder en de overige deelnemers aan het samenwerkingsverband voor het (doen) uitvoeren van de subsidiabele activiteiten. De subsidie wordt verleend tot een maximum van de uit de begroting blijkende subsidiabele kosten, met inachtneming van het subsidieplafond (zie Hoeveel subsidie is er). 
  • Als bij de vaststelling van de subsidie blijkt van een positief resultaat tussen de daadwerkelijk gemaakte kosten en het verleende subsidiebedrag, moet dat verschil worden terugbetaald. Als bij de vaststelling een negatief resultaat blijkt dan komt dat voor rekening en risico van de penvoerder en overige aan het samenwerkingsverband deelnemende partijen.
  • Als er sprake is van onvoorziene omstandigheden die niet of niet in overwegende mate in de risicosfeer van de penvoerder of de overige deelnemers aan het samenwerkingsverband liggen, kunnen burgemeester en wethouders het bedrag waarvoor subsidie is verleend verhogen met maximaal 10 procent  van het verleende (maximale) subsidiebedrag, zonder af te wijken van de bepaling in Hoeveel subsidie is er.  Als onvoorziene omstandigheden kunnen bijvoorbeeld worden aangemerkt wijzigingen van (lokale) wet- en regelgeving of beleidswijzigingen aan de zijde van de gemeente.

Subsidie aanvragen

Subsidie aanvragen

Subsidie aanvraag

Nodig bij de aanvraag

De aanvraag wordt ingediend door de penvoerder van het samenwerkingsverband.

Potentiële aanvragers de mogelijkheid om gedurende 4 weken na in datumstelling van de subsidieregeling vragen te stellen over de Subsidieregeling en de daarmee beoogde subsidie. Burgemeester en wethouders publiceren binnen 2 weken (met een mogelijkheid tot verlenging van maximaal 2 weken op deze pagina een antwoord op de gestelde vragen publiceren (‘Nota van Inlichtingen’). 

Voordat de aanvraag wordt ingediend, moet de penvoerder bij burgemeester en wethouders een concept indienen van het activiteitenplan. Dit kan tot uiterlijk 31 augustus 2024. 

Burgemeester en wethouders zullen tijdens een mondeling overleg reageren op het concept van het activiteitenplan, met als doel dat de aanvraag zo goed mogelijk aan zal sluiten bij het doel van deze Subsidieregeling. Het mondeling overleg zal plaatsvinden in de maand september. Het blijft echter de verantwoordelijkheid van de aanvrager om een aanvraag in te dienen in overeenstemming met het bepaalde in de Subsidieregeling. Aan het mondeling overleg kan door de aanvrager niet het vertrouwen worden ontleend dat de in te dienen aanvraag, inclusief het daarvan deel uitmakende activiteitenplan, in overeenstemming is met het bepaalde in de Subsidieregeling.

U ontvangt daarna een link naar het aanvraagformulier. Bij deze aanvraag voegt u toe:

  • Gegevens over de deelnemers aan het samenwerkingsverband: naam, het telefoonnummer en het e-mailadres.
  • Per deelnemer aan het samenwerkingsverband: een uittreksel uit het handelsregister van de Kamer van Koophandel.
  • Een volmacht en machtiging waaruit blijkt dat de penvoerder bevoegd is om, waar nodig, de overige deelnemer(s) aan het samenwerkingsverband  te vertegenwoordigen.
  • Een ondertekende samenwerkingsovereenkomst tussen de deelnemers aan het samenwerkingsverband, waarin in ieder geval de volgende onderwerpen zijn opgenomen:
    • De rolverdeling van de activiteiten waar subsidie voor wordt aangevraagd
    • Een verdeling van de kosten waar subsidie voor wordt aangevraagd
    • De verplichting voor deelnemers om de penvoerder tijdig te voorzien van alle benodigde informatie om aan zijn verplichtingen uit deze overeenkomst te voldoen
    • Een bepaling waaruit blijkt dat alle deelnemers zich ertoe committeren de samenwerking voor te zetten in 2026
  • Van de gespecialiseerde jeugdhulpaanbieder die deelneemt aan het samenwerkingsverband een afschrift van de inschrijving in het Kwaliteitsregister Jeugd.
  • Het activiteitenplan waarin aandacht wordt besteed aan de onderwerpen in de beoordelings- en wegingscriteria. Per onderwerp moet in het activiteitenplan worden beschreven wat de visie van het samenwerkingsverband daarop is en op welke wijze het samenwerkingsverband aan dit onderwerp invulling gaat geven.
  • Een begroting waarin de subsidiabele kosten zijn opgenomen en de wijze waarop wordt voorzien in de daarvoor benodigde middelen, in het format van de gemeente Breda. Dit format is toegevoegd bij het aanvraagformulier.

Wanneer kunt u subsidie aanvragen

Subsidie aanvragen voor 2025 kan tot en met 1 oktober 2024 en aanvragen voor 2026 kan tot en met 1 oktober 2025. 

Aanvragen die worden ingediend vanaf de inwerkingtreding van deze regeling tot uiterlijk en met 1 oktober worden getoetst op volledigheid. Als een aanvraag onvolledig is, wordt de aanvrager een termijn van twee weken gesteld waarbinnen hij de aanvraag moet aanvullen. Als de aanvraag na het verstrijken van deze termijn niet volledig is, kan deze buiten behandeling worden gesteld. In het geval de aanvrager niet binnen het tijdvak tot en met 1 oktober een activiteitenplan en begroting heeft ingediend (zie Nodig bij de aanvraag), wordt de aanvrager geen gelegenheid gegeven tot aanvulling van de aanvraag (zie Weigeren van de subsidie).

Subsidie behandeling

Verdelen van de subsidie

Verdeling subsidie 2025

Tijdig ingediende en volledige aanvragen voor 2025 worden getoetst aan de hand van de vereisten van deze subsidieregeling.  Als na toetsing meerdere toewijsbare aanvragen overblijven wordt voor de verdeling van de subsidie een vergelijkende toets uitgevoerd op basis van de beoordelings- en wegingscriteria. Lees de beoordelings- en wegingscriteria.

  • Het aantal te halen punten per criterium is afhankelijk van hoe een activiteit voldoet aan het criterium. Burgemeester en wethouders toetsen de aanvragen met een beoordelingsformat. Aanvragen worden gerangschikt op basis van toegekende punten.
  • Aanvragen met 54 punten of minder worden afgewezen.
  • De aanvraag met het hoogste puntenaantal eindigt als hoogste in de rangschikking, de aanvraag met het één-na-hoogste puntenaantal eindigt als één-na-hoogste in de rangschikking, enzovoorts. De aanvraag die als hoogste in rangschikking is geëindigd komt voor toewijzing in aanmerking, tenzij een van de weigeringsgronden uit de Subsidieregeling van toepassing is. De aanvragen die na toewijzing van een aanvraag resteren, worden afgewezen. In het geval waarin 2 of meer aanvragen als hoogste in de rangschikking eindigen (hetzelfde puntenaantal), wordt de volgorde van de rangschikking bepaald door middel van loting. De loting wordt verricht onder verantwoordelijkheid van een door burgemeester en wethouders aan te wijzen notaris.  

Verdeling subsidie 2026

De verdeling van de subsidie voor 2026 is op basis van de rangschikking van de aanvragen voor 2025. Voor 2026 kan alleen subsidie worden verstrekt aan de subsidieontvanger van 2025.

In afwijking daarvan kan een aanvraag van de subsidieontvanger aan wie voor het tijdvak 2025 subsidie is verleend, in aanvulling op het bepaalde in artikel 4:35 van de Awb, worden geweigerd indien naar het oordeel van burgemeester en wethouders de activiteiten van het samenwerkingsverband in onvoldoende mate hebben bijgedragen aan het bereiken van het doel van deze subsidieregeling.

Als de aanvraag hierdoor wordt afgewezen of er door de subsidieontvanger aan wie voor het tijdvak 2025 subsidie is verleend geen aanvraag voor het tijdvak 2026 is ingediend, wordt de volgende procedure gevolgd. De in de rangorde met betrekking tot 2025 als een-na-hoogste geëindigde penvoerder wordt in de gelegenheid gesteld om een aanvraag voor 2026 in te dienen. De aanvraag zal vervolgens worden getoetst aan de weigeringsgronden. Indien de als een-na-hoogste penvoerder geen aanvraag indient of de aanvraag wordt afgewezen, wordt de hiervoor beschreven procedure gevolgd ten aanzien van de op twee-na-hoogste geëindigde penvoerder. De procedure wordt zo vaak herhaald totdat er een subsidie voor 2026 is verleend of er door geen van de (resterende) penvoerders een aanvraag is ingediend of alle aanvragen zijn afgewezen. 

Beslissing op de aanvraag

De beslissing komt binnen 13 weken na de aanvraag. Deze termijn kan met maximaal 13 weken worden verlengd. Bij aanvragen die volgens artikel 108, derde lid, van het Verdrag worden aangemeld bij de Europese Commissie, verlengt burgemeester en wethouders de beslistermijn totdat de Europese Commissie een eindbeslissing heeft genomen.

Weigeren van de subsidie

In artikel 4:25 en 4:35 van de Awb en in de algemene subsidieverordening staan weigeringsgronden. Ook kunnen burgemeester en wethouders de subsidie weigeren als:

  • De aanvraag of activiteit niet voldoet aan de voorwaarden van deze regeling.
  • De aanvraag niet uiterlijk op 1 oktober een activiteitenplan en begroting bevat (zie Nodig bij de aanvraag).
  • De aanvraag naar het oordeel van het burgemeester en wethouders onvoldoende tegemoetkomt aan het doel van deze regeling.
  • Een deelnemer aan het samenwerkingsverband niet beschikt over de, voor de branche, geldende certificeringen of kwaliteitskeurmerken.
  • De penvoerder het concept activiteitenplan niet eerst bij burgemeester en wethouders heeft ingediend.
  • Naar oordeel van burgemeester en wethouders onvoldoende verzekerd is dat de SLT zal voorzien in een voldoende dekkend zorglandschap.
  • De penvoerder en de deelnemers van het samenwerkingsverband naar het oordeel van burgemeester en wethouders niet over voldoende financiële en economische draagkracht beschikt om de subsidiabele activiteiten, ook met behulp van de onderhavige subsidie, naar behoren uit te kunnen voeren en de aan de subsidie verbonden verplichtingen na te kunnen leven, met inbegrip van (aansprakelijkheids-)risico’s die verband houden met de eventuele inschakeling van onderaannemers.

Burgemeester en wethouders kunnen een aanvraag bovendien afwijzen indien er sprake is van ernstig gevaar dat de subsidie mede zal worden gebruikt om uit gepleegde strafbare feiten verkregen of te verkrijgen, op geld waardeerbare voordelen te benutten of om strafbare feiten te plegen. Burgemeester en wethouders kunnen, al dan niet door het Bureau bevordering integriteitsbeoordelingen door het openbaar bestuur, onderzoek doen naar het bestaan van een ernstig gevaar als bedoeld in artikel 3 van de Wet bevordering integriteitsbeoordelingen door het openbaar bestuur. De subsidie-aanvrager is verplicht om aan dit onderzoek alle medewerking te verlenen (Bibob-toets).

In het kader van het toepassen van de weigeringsgrond dat penvoerder en deelnemers van het samenwerkingsverband niet voldoende financiële en economische draagkracht hebben, kunnen burgemeester en wethouders, als zij dat nodig vinden, de aanvrager om nadere gegevens en bescheiden vragen om te bewijzen dat er sprake is van afdoende financiële en economische draagkracht. In dat kader kan onder meer worden gevraagd om een passende bankverklaring of een bewijs van verzekering tegen beroepsrisico’s, waaronder begrepen risico’s die verband houden met het inschakelen van onderaannemers, overlegging van jaarrekeningen of uittreksels uit de jaarrekening over de afgelopen drie jaar of
een verklaring betreffende de totale omzet over de afgelopen drie jaar.

Als de aanvraag die als hoogste in de rangschikking is geëindigd met toepassing van artikel 4:35 van de Algemene wet bestuursrecht, de Algemene subsidieverordening of aanvullende weigeringsgronden in deze subsidieregeling zullen de resterende aanvragen in de bepaalde rangorde (Zie Verdelen van de subsidie) worden beoordeeld aan de hand van de weigeringsgronden. De subsidie zal daarbij worden verleend aan de hoogst gerangschikte aanvraag waarop geen van de weigeringsgronden van toepassing is. De alsdan eventueel resterende aanvragen zullen niet meer worden getoetst aan de weigeringsgronden, maar worden afgewezen (zie Verdelen van de subsidie).

Subsidie verstrekking

Wat bent u verplicht

In aanvulling op artikel 4:37 van de Algemene wet bestuursrecht en de Subsidieverordening gelden de volgende verplichtingen:

  • De subsidieontvanger voert de subsidiabele activiteiten uit in overleg met de gemeentelijke afdeling Sociaal Domein. Dit betekent in ieder geval dat de subsidieontvanger ervoor verantwoordelijk is dat er regelmatig overleg plaatsvindt tussen de subsidieontvanger en de gemeentelijke afdeling Sociaal Domein over de uitvoering van de subsidiabele activiteiten en dat subsidieontvanger als dat naar het oordeel van de subsidieontvanger of burgemeester en wethouders nodig is op ad hoc basis in overleg zal treden met gemeentelijke afdeling Sociaal Domein.
  • De subsidieontvanger treedt direct in overleg met burgemeester en wethouders wanneer hij bij de uitvoering van de subsidiabele activiteiten problemen voorziet die het behalen van de doelstelling van deze Subsidieregeling in gevaar kunnen brengen.
  • Als de subsidieontvanger voorziet dat de begrote kosten in een lopende rapportageperiode met meer dan 25% zullen worden overschreden, meldt hij dit direct aan burgemeester en wethouder.
  • Als de registratie in het Kwaliteitsregister Jeugd van een gespecialiseerde jeugdhulpaanbieder die deelneemt aan het samenwerkingsverband geschrapt dreigt te worden of geschrapt is, is de subsidieontvanger verplicht dit te melden.
  • De deelnemers aan het samenwerkingsverband zullen gedurende het subsidietijdvak  (blijven) beschikken over de in de branche vigerende certificeringen en  voldoen aan de in de branche vigerende kwaliteitskeurmerken. 
  • De subsidieontvanger werkt ten behoeve van de doelstelling van deze Subsidieregeling waar nodig samen met andere partijen die voor de betrokken jeugdigen, hun ouders of wettelijke vertegenwoordigers een rol vervullen op het gebied van jeugdhulp, onderwijs, zorg of maatschappelijke ondersteuning.

Burgemeester en wethouders kunnen deze verplichtingen bij verlening nader uitwerken en andere aanvullende verplichtingen stellen.

Belangrijk om te weten

  • Verantwoordelijkheidsverdeling Stevig Lokaal Team (PDF, 148.61 kB)
  • Op alle subsidies geldt de Algemene wet bestuursrecht en de geldende Subsidieverordening. Afwijkingen daarvan staan dat in deze subsidieregeling.
  • Er kan worden afgeweken van deze regels als het toepassen van de regels een onredelijke uitkomst heeft voor de aanvrager of subsidieontvanger. 
  • Burgemeester en wethouders hebben de bevoegdheid om een wisseling te laten plaats vinden in het samenwerkingsverband als zij vinden dat het toepassen van de Subsidieregeling een onredelijke uitkomst heeft voor die de subsidie heeft aangevraagd of als toepassing van de Subsidieregeling leidt tot gevolgen die onevenredig zijn in verhouding tot de met de Subsidieregeling te dienen doelen. 
  •  Afdeling 4.2.8 van de Algemene wet bestuursrecht is van toepassing op subsidies die volgens deze regeling worden verleend. Het boekjaar wordt gelijkgesteld met het kalenderjaar.
  • Volgens artikel 4:71 van de Algemene wet  bestuursrecht heeft de subsidieontvanger toestemming nodig van het college voor de handelingen genoemd in het eerste lid van die bepaling.
  • Deze regels treden in werking op 19 juli 2024.
  • De regeling heet de Subsidieregeling Stevig Lokaal Team Breda.